Overlegcomité zal beleid regeringen stroomlijnen

Open Vld Kamerlid Luk Van Biesen ondervroeg premier Michel over de resultaten van het eerste Overlegcomité. “Het is een goede zaak dat de violen tussen de regeringen maandelijks zullen worden gelijkgestemd. Dat zal conflicten vermijden en moet resulteren in beter beleid voor iedereen.”

In het Overlegcomité overlegt de federale regering met de deelstaatregeringen. Luk Van Biesen: “De wet erkent sinds de zesde staatshervorming het Overlegcomité eindelijk als centraal punt voor beleidscoördinatie. Het is niet langer enkel een plaats waar conflicten worden beslecht, of vertragingsmaneuvres worden ingezet, maar vooral een plaats waar vanaf nu maandelijks wordt overlegd over beleid. Regeringen pakken er samen uitdagingen aan vanuit hun eigen bevoegdheden. Echt samenwerkingsfederalisme dus, en daar is mijn partij altijd voorstander van geweest.”

De uitdagingen waar ons land voorstaat en die een gecoördineerde aanpak vereisen zijn dan ook groot. Van Biesen haalde onder meer de aanpak van radicalisme, de klimaatinspanning en de budgettaire inspanningen aan.

Het liberale Kamerlid vroeg de premier naar de resultaten van het eerste Overlegcomité dat gisteren plaats vond en de prioritaire dossiers die in de schoot van dit orgaan zullen worden aangekaart. Voorts vroeg hij de premier of hij, zoals afgesproken in de laatste staatshervorming, telkens de agenda van het Overlegcomité zou meedelen aan de Kamer en achteraf toelichting zou komen geven bij de beslissingen.

Premier Michel herhaalde zijn ambitie om het Overlegcomité een beleidsturende rol te geven. Hij toonde zich bereid om de parlementsleden steeds te woord te staan over de genomen beslissingen. De vergadering van gisteren besloot onder meer tot de oprichting van een platform voor de terrorismebestrijding.

Van Biesen repliceerde dat hij blij was te horen dat het Overlegcomité, ondanks de verschillende politieke samenstelling van de regeringen, het eens is geraakt over een hele reeks punten. “Ik hoop van harte dat alle regeringen, in een sfeer van federale loyauteit, zullen meewerken aan die beslissingen. Want die regeringen hebben elkaar nodig. De burger heeft geen enkele boodschap aan niveaus die met elkaar overhoop liggen en ruzie zouden maken.”