Beursgang ligt op tafel

Een privatisering van de staatsbank Belfius stond in de sterren geschreven. Het scenario en de timing komen dichterbij. Economische logica en politieke heibel, of is het andersom?

Bron: De Morgen

Een schot voor de boeg lossen, heet zoiets. Na de paasvakantie legt minister van Financiën Johan Van Overtveldt (N-VA) de privatisering van de staatsbank Belfius op de regeringstafel. Er zijn drie opties: een beursgang, een strategische investeerder zoeken of een combinatie van beide.Bij het management van Belfius zelf maakt men er al langer geen geheim van dat een beursgang voor hen een ideaal scenario is. Begin dit jaar nog lieten voorzitter Jos Clijsters en CEO Marc Raisière verstaan dat ze de bank graag binnen twee jaar gedeeltelijk naar de beurs willen brengen. Een scenario, zoals Bpost of Belgacom, waarbij de overheid als referentieaandeelhouder aan boord blijft, geniet de voorkeur.

Zo’n gedeeltelijke beursgang maakt het voor de overheid mogelijk een deel van haar participatie te gelde te maken, zonder de controle te lossen. Alleen is een beursgang risicovol. Je hebt geen controle over wie aandelen inkoopt en de bank wordt zo gevoeliger voor vijandige overnames. Bijkomende onzekerheid is de volatiliteit van de financiële markten. Als de beurskoers onderuitgaat, zorgt dat voor vertwijfeling bij de spaarders, en de beleggers voelen zich bedrogen. Neemt de koers omgekeerd een hoge vlucht , krijgt de overheid het verwijt dat ze te goedkoop heeft verkocht.

Olifant in de porseleinkast

De olifant in de porseleinkast is het Arco-dossier. Zolang er geen duidelijkheid is wat er moet gebeuren met de 800.000 Arco-coöperanten, weegt dit op de waardering van Belfius. Als de bank mee in de bres moet springen voor een schadevergoeding, zal dit een prijs hebben bij een eventuele beursgang.

Anders dan bij een beursgang kan de verkoop van een minderheidsbelang aan een strategische investeerder zorgen voor meer stabiliteit. Volgens zakenkrant De Tijd zou de Amerikaanse verzekeraar New York Life interesse tonen. Dat ligt gevoelig, want dan zou er weer een Belgische bank (deels) in buitenlandse handen komen. Of er Belgische investeerders gevonden kunnen worden, is onduidelijk.

De verkoop aan een andere Belgische bank ligt moeilijk, omdat het op concurrentiebezwaren zou stuiten.

Alleen beslist niet het directiecomité, maar de regering. In 2011 legde de overheid 4 miljard euro op tafel om de bank te redden. Een rondvraag in politieke kringen leert dat niet iedereen op dezelfde lijn zit.

Open Vld-Kamerlid Luk Van Biesen is voorstander van een privatisering: “Het is niet de taak van de overheid om een bank te runnen.” Volgens de liberaal moet minstens de helft van de aandelen worden verkocht. Maar die moeten opgekocht worden door de man in de straat en dus niet door een grote investeerder, zegt de liberaal. “Belfius is altijd gespecialiseerd geweest in publieke financiering. Het is belangrijk de bank in Vlaanderen of België te verankeren.”

Van Biesen wijst erop dat de privatisering een goede manier is om de Belgische staatskas te spijzen. “De dividenden van de winsten van vorig jaar kunnen gebruikt worden om een stukje van de staatsschuld af te bouwen”, zegt hij. De verkoop van de aandelen moet in verschillende fases worden gerealiseerd. Belangrijk is dat de markt niet wordt verstoord. Eventueel kan een stukje van de opbrengst gebruik worden om de Arco-gedupeerden te vergoeden.

Arco-gedupeerden

Bij CD&V houden ze zich op de achtergrond. Iedereen beseft dat de toekomst van Belfius bepalend is voor het inlossen van een cruciale partijbelofte: de vergoeding van de Arco-gedupeerden. Er zou 600 miljoen euro moeten worden gerecupereerd. De regering zal moeten beslissen hoe dat gebeurt. Enerzijds zal de waarde van Belfius wellicht stijgen zodra Arco geregeld is. Eerst Arco, dan de verkoop. Anderzijds kan de opbrengst van de verkoop net worden gebruikt om de gedupeerden te vergoeden. Net andersom, dus, klinkt het bij bronnen binnen de CD&V.

Er gaan stemmen op om alvast in de eerste fase een meerderheid van de aandelen in handen van de overheid te houden. Zo willen de christendemocraten de touwtjes in handen houden voor de oplossing rond Arco. Ook oppositiepartij sp.a denkt daar zo over. Partijvoorzitter John Crombez (sp.a) roept de regering op om de controle over de staatsbank niet zomaar uit handen te geven.

LIEVEN DESMET EN ANN DE BOECK ■